Doornburgh

Ligging Op de oostelijke oever van de Vecht, in Maarssen-Dorp, aan de Diependaalsedijk nummer 17, gemeente Stichtse Vecht.

Ansichtskaart van de voorzijde

Ontstaan Dit huis, dat van oorsprong een buitenplaats was werd gebouwd tussen 1653 en 1655 in opdracht van Pieter Brugman (?).
Geschiedenis De eerste vermelding van Doornburgh dateert van 1623, wanneer Doornburgh opgedragen wordt aan de Amsterdamse koopman Jan Claesz. van Vlooswijck. Er wordt dan alleen grond verkocht. Tussen 1623 en 1653 wordt er een hofstede gebouwd, die op 7 juni 1653 door Hendrick de Beyer, die ondertussen de eigenaar is geworden, verkocht wordt aan Pieter Brugman.
Lang is deze Brugman niet eigenaar geweest, want al twee jaar later verkoopt hij dit bezit weer aan Johan van Egeren. Dan is er sprake van een 'huijzinge', waaruit we opmaken dat de Doornburgh tussen 1653 en 1655 gebouwd is.

Nadat Johan van Egeren overleden is, wordt het huis in 1684 verkocht aan Willem Pietersen van Son. Van hem vinden we boven het grote barokke toegangshek langs de Vecht zijn symbool. Waarschijnlijk heeft deze Willem het huis ingrijpend veranderd en is het toegangshek de bekroning van de verbouwing.
Het huis is in elk geval begin 18e eeuw veranderd in de voor die tijd typerende vorm van een bijna vierkant gebouw. Na zijn overlijden verkoopt zijn weduwe het huis in 1718 aan Abraham Romswinckel, resident van de Pruisische koning te Amsterdam.

Ook Romswinckel verkoopt de buitenplaats weer, en wel voor f. 11.000,- aan Jacob de Chaves, waarmee het huis in Portugees-Joodse handen komt, zoals vele andere huizen in Maarssen.
In april 1772 wordt het huis aangekocht door Jan Elias Huydecoper. Tot in de 20e eeuw bewoont de familie Huydecoper het huis en in die periode veranderd er veel aan de tuin. Van oorsprong is het landgoed maar één morgen groot (0,85 ha), maar daar komt verandering in, door het verdwijnen van drie buitenplaatsen, namelijk Vechtleven, Somersbergen (beide huizen nog geen informatie over (KBR)) en Elsenburg, rond het jaar 1800. De familie koopt de grond van deze huizen op en trekt deze bij de tuin van Doornburgh. Doordat de tuin nu veel groter is geworden, wordt deze in het begin van de 19e eeuw omgevormd tot een landschapstuin door D.J. Zocher.

In oktober 1912 wordt het goed gekocht door J.P. van Voorst van Beest. Hij laat het restaureren door de kunstschilder G. de Groot (in 1922). Het huis wordt nogal ingrijpend veranderd door het aanbrengen van nieuwe bouwelementen uit andere huizen: de schoorsteenmantel is afkomstig uit het huis Janskerkhof 12 te Utrecht (waar de familie ooit woonde); de plafondschildering en de schouwpartij in de mooie voorkamer en de zandstenen deuromlijsting met de voordeur zijn afkomstig van een patriciërshuis te Groningen, dat in 1920 gesloopt werd (Foto 5, 6 en 7). Nieuwe, glanzende dakpannen vervangen de oude, matte pannen.
De hierboven genoemde plafondschildering werd vervaardigd door Jan Abel Wassenbergh en dateert uit 1722. Het stelt de naakte goden Mars en Venus voor. De schouwpartij bevat een schilderij, dat geschilderd werd door J.A. Wassenbergh en dat Cybele, de godin van de aarde, voorsteld. Om het schilderij zien we rocaillewerk dat uit ca. 1760 dateert.
Tenslotte is de uit Groningen afkomstige ingangspartij gemaakt van Oberkirchener zandsteen. Bijzonder hieraan is het grote ronde raam, dat als bovenlicht dienst doet. Deze ingangspartij, in Lodewijk XIV-stijl, dateert uit de bouwtijd van het Groningse huis (1721), terwijl de deur uit ca 1760 dateert en gedecoreerd is met met uitbundige rococo-motieven.

In 1954 vat men het plan op om een nieuwe weg aan te leggen vanaf de Amsterdamsestraatweg naar de Dr. Ariënslaan in Maarssen-Dorp. De weg zou gaan lopen over het terrein van Doornburgh, een brug over de Vecht en het voorplein van Bolenstein. Op tijd ziet men de historische waarde van de landgoederen in en gaat de nieuw geplande weg niet door.
Uiteindelijk wordt in 1957 het huis gekocht door de Priorij van de Reguliere Kanunnikessen van het Heilig Graf. Ze willen naast het oude pand een nieuw kloostergebouw stichten, wat na zeven jaar procederen eindelijk lukt.
Het hoofdgebouw is rechthoekig en wordt afgedekt door een afgeplat schilddak met op de hoeken vier schoorstenen met windkappen en vanen. Op de forse, geprofileerde kroonlijst staan aan iedere zijde drie dakkapellen met barokke omlijsting. Deze bestaat uit een rococo deur gevat in natuurstenen pilasters met daarop vazen. De vensters zijn allen empire-schuifvensters met luiken.
Bewoners 1623 Jan Claesz. van Vlooswijck
- 1652 Joan Huydecoper
1652 - 1653 Hendrick de Beyer
1653 - 1655 Pieter Brugman
1655 - 1684 Johan van Egeren
1684 - 17nn Willem Pietersen van Son
17nn - 1718 weduwe van Willem van Son
1718 - 1723 Abraham van Romswinckel
1723 - 17nn Jacob de Chaves
17nn - 1763 Jacob en Joost de Chaves
1763 - 1772 vrouwe Rachel de Pinto, wed. van Samuel Ximenes Pereira
1772 Jan Elias Huydecoper
- 1912 familie Huydecoper
1912 - 1957 Jan Pieter van Voorst van Beest
1957 Stichting van de Kanunnikessen van het Heilig Graf
Huidige doeleinden Het gebouw is in gebruik als priorij, opleidingsinstituut en gastenverblijf.
Opengesteld Het gebouw is niet toegankelijk.
Foto's Oude zwart-wit foto van het huis Interieur-foto van een open haard (zwart-wit) Nog een Interieur-foto van een open haard Plafondstuk in de grote zaal door Jan Abel Wassenbergh Schoorsteenstuk van de hand van Jan Abel Wassenbergh Toegangspartij in zandsteen in Lodewijk XIV-stijl Tekening door D. Stoopendaal (in Tekening van het landgoed met toegangshek door P.J. Lutgers (1836)
Bronnen Tekst: Historische Kring van Maarssen
E. Munnig Schmidt, Plafondstuk huis Doornburg te Maarssen, in: Jaarboekje van het Niftarlake Genootschap, 2001
E. Munning Schmidt, Plaatsen aan de Vecht en de Angstel, 1985
Foto 1: uit eigen collectie
Foto 2 t/m 4: Historische Kring van Maarssen
Foto 5 t/m 7: Jaarboekje van het Niftarlake Genootschap, 2001
Afb. 1 en 2: Dr. R. van Lutterveld, De buitenplaatsen aan de Vecht, Lochem, 1948
INFO: Priorij Emmaus