Ligging
|
Dit huis komen we tegen op een kaart uit 1660, waarop een aantal percelen tussen
de Biltse Straatweg, Hoofddijk, Minstroom, Oudwijkerdwarsstraat, Hofstraat,
Braamstraat en Oudwijkerlaan in Utrecht worden weergegeven. Het huis lag dicht
bij de Gildpoort, één van de stadspoorten van Utrecht.
|
Andere benaming
|
Ludolfs hofstede, Overdevecht
|
Ontstaan
|
Het huis wordt voor het eerst genoemd in 1438.
Mogelijk is de naam van het huis afkomstig van het Spaanse bedevaartsoord
Santiago de Compostella en is misschien door een pelgrim hieraan gegeven.
|
Geschiedenis
|
Het huis Compostel heeft mogelijk gestaan op de plaats van het oude huis
Overdevecht. In 1600 komen we namelijk een verweerstuk tegen van het huis
Compostel, en daarin wordt gesproken over de 'Hoffsteede wel eertijts heren Ludolffs
Hoffstede gehecten'.
Met heer Ludolf wordt bedoeld ridder Ludolf over de Vecht. Deze Ludolf laat
vermoedelijk rond 1250 een huis bouwen, dat hij de naam Ludolfs hofstede geeft. Hij
stamt uit het geslacht Over de Vecht, dat een van belangrijkste
ministerialengeslachten was en hun zetel op het (oude) huis Overdevecht hadden.
Volgens Buitelaar heeft de familie Overdevecht, waarschijnlijk gedreven door
geldzorgen, de bezittingen moeten verkopen, totdat zij uiteindelijk ook het huis
Overdevecht moest verpanden. Het werd in 1317 verkocht aan de nabijgelegen abdij
Oudwijk. Het is mogelijk dat de familie het landgoed vervolgens gepacht heeft.
Volgens Bardet had Ludolf de grond in leen van de bisschop van Utrecht. Zijn
kleinzoon Hartbaren van Over de Vecht heeft de grond in vrije eigendom, maar hij
verkoopt het aan het klooster Oudwijk, om het daarna in pacht terug te krijgen.
Gedurende enkele eeuwen blijft deze situatie zo bestaan.
Later komen we een familie Compostel tegen, die hun naam ook geven aan twee
huizen aan de Oudegracht en de Ganzenmarkt in Utrecht.
In een pachtbrief uit 1438 blijkt dat Herman van Compostel het goed in pacht
heeft en een nieuw huis laat bouwen.
Op kaarten uit de 16e eeuw en 17e eeuw wordt Compostel weergegeven als
boomgaard. Hoewel op een kaart uit 1570 van Jacob van Deventer ook een huis
afgebeeld wordt.
In 1660 is Compostel in pacht van Allard van Ewijck. Hij is rentmeester van de
goederen van de voormalige kloosters Wittevrouwen en Vrouwenklooster. Als hij in
1671 sterft wordt hij opgevolgd door zijn zoon Justus. Justus krijgt het landgoed
in eeuwigdurende pacht en laat waarschijnlijk een nieuw huis bouwen. Compostel
blijft tot 1754 in bezit van de familie van Ewijck.
In 1754 komen we als eigenaar van het landgoed Aart van Scherpenzeel tegen. Na
hem is Compostel in bezit van zijn kleinzoon Willem.
De laatste eigenaar van Compostel is de familie Arendts.
In 1871 wordt het terrein en landhuis gekocht door de zes parochies van Utrecht
om er de R.K. begraafplaats St. Barbara aan te leggen.
|
Bewoners
|
ca 1250 ridder Ludolf van Over de Vecht
Hartbaren van Over de Vecht
1438 Herman van Compostel
1660 Allard van Ewijck
1671 Justus. van Ewijck
1754 Aart van Scherpenzeel
Willem van Scherpenzeel
- 1871 familie Arendts
|
Huidige doeleinden
|
Het landgoed is nu onderdeel van de R.K. begraafplaats St. Barbara aan de
Prinsesselaan.
|
Opengesteld
|
|
Foto's
|
Er zijn van dit huis geen afbeeldingen bekend.
|
Bronnen
|
Tekst: Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht, 1995
Buitens in Utrecht, 1982
Afb. 1: Historische Vereniging Vleuten/Haarzuilens/Den Meern
|