Ligging |
Deze buitenplaats stond in Vreeland. |
Andere benaming | Beekzicht, Het Derde Bloemhoff, Lommeroord |
Ontstaan | Het huis werd na 1722 gebouwd. |
Geschiedenis |
In 1722 koopt Pieter Lucas van Beek van de erven van Joost Claassen Grevelingh
een huis met hooiberg en schuur, groot 7 morgen. Op dit terrein had van de 15e
tot de 17e eeuw de omgrachte hofstede Groenevelt gestaan. Deze hofstede is
ergens in de 17e eeuw verloren gegaan, mogelijk in het Rampjaar 1672, toen de
Fransen hier zo veel verwoest hebben. Pieter Lucas geeft het huis de naam Beekzicht, maar of hij het verbouwd heeft is niet duidelijk. Als dit wel zo is, dan was het nog wel een bescheiden buitenplaats. In 1749 verkoopt hij het geheel voor f. 2500,- aan Mr. Gerard Winter. Hij was getrouwd met Aletta Maria Duivens, van wie hij in 1753 scheidde. Hierbij kreeg zij de buitenplaast toebedeeld, waar zij tot haat dood in 1758 woonde. In 1760 wordt het huis verkocht, omdat het echtpaar blijkbaar geen kinderen had. In de verkoopacte wordt gesproken van een "Huyzinge, Stallinge en schuur met Bepootinge en Beplantinge" en is nu 9 morgen groot. De nieuwe eigenaar wordt Diederik van Romondt, predikant te Vreeland. Slecht twee haar blijft hij eigenaar om het vervolgens te verkopen aan Anna Jacoba van Heemert, weduwe van Gerard Kuysten van Hoesen. Als zij in 1779 sterft, komt het huis waarschijnlijk in bezit van haar zoon L. Kuysten van Hoesen, die in 1782 het koetshuis laat verbouwen. Uit die tijd zijn geen acten van verkoop bewaard gebleven, maar het huis moet voor 1800 in bezit zijn gekomen van Daniël da Costa Gomez de la Penha. Samen met zijn vrouw Ester Telles gaven zij de buitenplaats de naam "Het Derde Bloemhoff". Na zijn dood in 1806 en haar dood in 1807 komt de buitenplaats in bezit van hun 4 kinderen, die tot 1817 eigenaar blijven. In 1817 wordt door veiling Johan Willem Meissner voor 9900 gulden de nieuwe eigenaar. De buitenplaats wordt in die tijd omschreven als "kapitale heerenhuizinge met nieuw gebouwd stalling, een koetsmans- en tuinmanswoning". Enkele jaren later verhuist Meissner naar Gent (B) en in 1822 wordt door hem de buitenplaats geveild. Het huis werd toen niet verkocht, omdat er niemand een bod wilde doen hoger dan de minimale prijs van 12000 gulden. Uiteindelijk werd het huis 5 maanden later verkocht voor 11000 aan Louis Joseph baron van Heilmann van Stoutenburg. In 1829 sterft deze baron en zijn vrouw blijft met 6 kinderen achter. Haar enige dochter die meerderjarig werd, trouwde met dr. Henricus Barnardus Valkenhoff, die arts in Loenen was. Haar drie zoons werden resp. 30, 29 en 3 jaar oud. In 1843 stapt haar schoonzoon naar de rechter om een boedelscheiding af te dwingen. Deze vond in 1847 plaats waarbij Valkenhoff het vruchtgebruik van de buitenplaats kreeg toebedeeld en tweevijfde van de buitenplaats kocht. In 1850 wordt het landgoed in 7 kavels verdeeld en afzonderlijk verkocht. Eén van die kavels met daarop het huis wordt gekocht door Johan Willem Hachmeester Eckhout. Gedurende acht jaar is hij eigenaar, om het goed daarna te verkopen aan Johan Frederik Schutte, die makelaar te Amsterdam is. Hij koopt het huis voor f. 7100,- en zet het op naam van zijn vrouw Maria Catharina Overduin. In de daarop volgende jaren weet hij een groot deel van het overige terrein terug te kopen. Tot 1886 woont zijn vrouw en later weduwe in het huis. Na het overlijden van Maria Catharina Overduin, krijgt haar stiefzoon, zoon van J.F. Schutte en zijn eerste vrouw Margaretha Elisabeth de Beer, opdracht de erfenis te verdelen. Huis en inboedel, op het linnengoed en de serviezen na, komen dan in veiling. Van deze inboedelveiling is een catalogus bewaard gebleven. Het huis, met ruim 21000 m2 grond en een bijbehorende boerderij, Klein-Brugzicht geheten, werden gekocht door veehouder Johan van Beusekom. Het geheel kocht hij voor f. 16530,- inclusief een theekoepel aan het einde van de grote laan. Een jaar later wordt het huis al weer verkocht en wel aan Nicolaas Smit, die makelaar te Amsterdam is. Hij verandert de naam in Lommeroord. In het najaar van 1888 krijgt Lommeroord al weer een nieuwe eigenaar, de heer Willem Alexander Insinger, die de naam weer verandert in Brugzicht en naast het huis de Vreelandsche Zuivelfabriek bouwt. Vier jaar later doet hij het geheel al weer van de hand en verkoopt het huis en de fabriek aan Jhr. Henry Tindal en Jan Meinard Simon. De fabriek wordt dan onderdeel van de NV Nederlandsche Zuivelfabriek Concordia. In 1901 kan door de eigenaars de hypotheekrente en -aflossing niet meer betaald worden en gaan ze over tot openbare verkoop van de fabriek. De nieuwe eigenaresse wordt Amelie Henrietta Jeanette Grothe-Twiss. Ze woonde samen met haar man, één van de oprichters van de Zuivelfabriek Concordia, op de villa "Corvin" te Hilversum. Het huis Brugzicht is dan in twee gedeelten opgesplitst en inmiddels voorzien van electrisch licht. Ook is er een bakkerij op het terrein gevestigd. Na een jaar verkoopt de nieuwe eigenaresse de buitenplaats in 4 kavels. Het geheel wordt dan gekocht door de broers Johannes Gerardus Thomas en Joseph Broekmeijer. Joseph gaat in het huis wonen, maar verkoopt het al weer een half jaar later aan mej. Gertrudis Maria Elisabeth Hillebrand voor f. 9400,-. Gedurende 20 jaar komt het huis in rustig vaarwater. Al die tijd woont mej. Hillebrand in het huis. In 1922 wordt het door haar geveild en voor f. 13525,- wordt Hendrik Martinus Berewout de nieuwe eigenaar. Deze heer Berewout kocht het huis blijkbaar om er winst mee te maken, want een jaar later verkoopt hij het al weer met een winst van 16%. Die nieuwe eigenaar wordt nu Klaas Christiaan Doting, die het huis in 1925 van binnen laat verbouwen. In 1926 gaat het huis al weer over in andere handen: Friedrich Ludwig Bergisch koopt het huis met het doel er een logement (hotel) in te vestigen. Helaas wordt dit geen succes en in 1931 zijn de schulden zo hoog opgelopen, dat het huis in beslag wordt genomen en openbaar geveild. Opnieuw wordt Klaas Christiaan Doting dan de eigenaar en nu verhuurd hij het tot 1941 als hotelpension. In 1941 verkoopt hij het huis aan de familie Van Leer, eigenaar van het ernaast gelegen N.V. Nederlandsche Vatenfabriek. Deze fabriek, die nu Greif inc. heet, heeft het huis nog steeds in gebruik als kantoor. Brugzicht werd in de 19e eeuw verbouwd in een vroeg romantisch-classistische chaletstijl met het karakteristieke grote overstek van het dak. Daarnaast vindt men langs het dak en de gootranden ajour gezaagde windveren. De noklijn van het dak staat loodrecht op de voorgevel, wat in de Vechtstreek voor een buitenplaats uniek is. In het huis vinden we in gang nog een marmeren vloer en enkele deuren, twee consoles en de 19e eeuwse trap met gietijzeren spijlen herinneren nog aan vroeger. De ramen op de begane grond aan de achterzijde hebben neogotische rondbogen en aan de zuid- en westzijde bevindt zich een aangebouwde opkamer met daaronder een kelder met gemetseld tongewelf. Deze opkamer stamt uit de 18e of het begin van de 19e eeuw. Het huis telt twee woonlagen, met daarop een lage zolder, die van binnenuit niet te bereiken is. |
Bewoners |
- 1722 Erven Joost Claassen Grevelingh 1722 - 1749 Pieter Lucas van Beek 1749 - 1753 Gerard Winter 1753 - 1758 Aletta Maria Duivens (gesch. van voorgaande) 1760 - 1762 Diedrik van Romondt 1762 - 1779 Anna Jacoba van Hemert, weduwe van Gerard van Kuijsten van Hoesen 1779 - 1798 L.K. van Hoesen (zoon) 1799 - 1806 Daniël da Costa de la Penha 1807 - 1817 Erven Daniël en Ester da Costa de la Penha 1817 - 1822 Johan Willem Meissner 1822 - 1847 Baron Louis Joseph van Heilmann van Stoutenburg 1847 - 1850 dr. Henricus Barnardus Valkenhoff, getr. met Josephina van Heilmann van Stoutenburg 1850 - 1858 Johan Willem Hachmeester Eckhout 1858 - 1886 Johan Frederik Schutte 1886 Johannes van Beusekom 1886 - 1888 Nicolaas Smit 1888 - 1892 Willem Alexander Insinger 1892 - 1901 Jhr. Henry Tindal en Jan Meinard Simon (NV Nederlandsche Zuivelfabriek Concordia) 1901 - 1902 Amelie Henrietta Jeanette Grothe-Twiss 1902 - 1903 broers Johannes Gerardus Thomas en Joseph Broekmeijer 1903 - 1922 mej. Gertrudis Maria Elisabeth Hillebrand 1922 - 1923 Hendrik Martinus Berewout 1923 - 1926 Klaas Christiaan Doting (NV Java mij.) 1926 - 1931 Friedrich Ludwig Bergisch 1931 - 1941 Klaas Christiaan Doting 1941 - heden familie Van Leer (N.V. Nederlandsche Vatenfabriek, nu Greif inc.) |
Huidige doeleinden | Het huis is in gebruik als kantoor van Greif Inc. |
Opengesteld | Het huis is niet toegankelijk. |
Foto's | |
Bronnen |
Tekst: E. Munnig Schmidt, Brugzicht te Vreeland, in: jaarboekje 1992 van het
Oudheidkundig Genootschap Niftarlake, blz. 34 - 51 Afb. 1 t/m 4: jaarboekje 1992 van het Oudheidkundig Genootschap Niftarlake, blz. 34 - 51 |